Mekong

Mekong

vrijdag 24 november 2023

Dag 8: Karma verdienen in Luang Prabang

Waarom zou een mens zo vroeg opstaan? Karma verdienen! Een zwijgende offerande.
De vraag stellen is ze beantwoorden. De ochtendlucht is fris, de hemel nog donker met een nuance van blauw en grijs die de ochtend aankondigt. Wij, als toeristen aan de stoeprand, gezeten op een mini stoeltje. Schoenen uit, wegens eerbied en respect tonend. Een sjaal over de linkerschouder. Schouders, benen en bovenlichaam bedekt uit respect en eerbied. Ieder heeft een bamboemandje bij zich met daarin kleefrijst. Stilte, niemand spreekt, iedereen wacht geduldig en eerbiedig.
Wij blootvoets, sjaal over de linkerschouder, met onze bamboekorf vol kleverige plakrijst.
Zonder het minste lawaai komt een indrukwekkende stoet in de verte opgedoemd. Meer dan tweehonderd monniken lopen blootvoets en kaalgeschoren, in ganzenrij, de oudsten voorop, jongeren, kinderen nog, volgen gedwee. Een oranje wemeling van stilte en bescheidenheid doorkruist de hoofdstraat. 
Monniken komen hun dagelijkse portie eten (plakrijst) bedelen.
Plotseling, om klokslag zes uur, in de ochtendkilte en de typische stadsmist, is er beweging aan de versluierde horizon. Dan trekken de monniken nog elke ochtend op bedelronde. Uit het niets komen de monniken tevoorschijn vanachter de heilige muren van hun tempelcomplexen. Al is bedelen een fout woord. Halverwege de jaren zeventig werd bedelen namelijk door het regime verboden. De monniken moesten maar werken, zoals iedereen. Waar horen we dat nog? Maar de religieuze traditie bleek sterker dan de kuren van de politiek. Men bedelde niet langer. Men kreeg de dingen spontaan aangeboden. Dat klinkt ons vertrouwd in de oren. 
Bamboemandje op de linkerknie, lager gezeten dan de monniken uit respect!
Zwijgend nemen ze het deksel van hun aalmoezenkommen. Bollen plakkerige rijst en andere aalmoezen wisselen van eigenaar. 
De ene na de andere bedelnap wordt gevuld met rijst.
Door klompjes kleefrijst of geld te schenken kunnen donateurs goede karmapunten verzamelen en monniken een stevig ontbijt.
Monniken van amper 10 jaar oud, blootvoets. Een gedachte, wij hebben kleinkinderen die ouder zijn. Onbehaaglijk idee.
Elke ochtend lopen boeddhistische monniken, gehuld in oranje pijen, met een offerschaal dor de straten om voedsel aan te nemen.
Sedert corona, plastiek handschoenen aan de rechterhand.
 Bij sommige monniken ligt er zelfs geld, en bij anderen snoep in hun bak. Maar bij allen hun ruime
portie kleefrijst.
Hier geeft de plaatselijke bevolking de rijst aan de monniken.
Geen van de monniken bedankt de gevers. (klinkt vertrouwd) Ze gaan snel zwijgend verder. Een half uur later is de zwijgende offerande voorbij, alsof ze nooit plaatsgevonden heeft, ook al gebeurt het elke ochtend. 
Heel jonge monniken komen slaafs, en blootvoets hunne plakrijst bedelen.
Volgens de Laotiaanse filosofie van goede werken geldt het geven van aalmoezen als een verdienste. Wie aan monniken geeft, verhoogt zijn verdienstenconto. Hij of zij mag rekenen op een beter volgend leven. Dat wordt bepaald door het gedrag in het huidige leven. Juist! De gever moet dus dankbaar zijn! Dat is vertrouwd bij velen. Ik denk aan onze Belgische situatie.
Monniken komen hun eten afhalen. Hier geeft de plaatselijke bevolking de rijst aan de monniken.
Een taxibrommer steekt een sigaret op, en verkoopt ondertussen een straathond een trap. Good morning Laos, Luang Prabang s'éveille. De afgesloten straten worden terug vrijgegeven voor het verkeer.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten